Hoewel je het misschien niet verwacht, maar bekkenbodemspieren die te hoog gespannen zijn komen veel vaker voor dan men vroeger dacht. Klachten die bij bekkenpijn horen kunnen zijn:
- pijn bij het vrijen
- pijnklachten in de onderbuik, het bekken of in het bekkenbodemgebied
- niet goed kunnen poepen, terwijl er wel aandrang is
- niet goed uit kunnen plassen, terwijl er wel aandrang is
- urineverlies bij hoesten en/of niezen
De klachten kunnen afzonderlijk aanwezig zijn, maar vaak in combinatie voorkomen.
Een klacht die zowel voorkomt bij vrouwen als bij mannen is bekkenpijn. De oorzaken en lokalisatie kunnen uiteenlopend zijn, de klachten hangen vaak samen met rugklachten en zijn meestal goed te verhelpen.
Als je dus het gevoel hebt dat je bekkenbodemspieren een te hoge spanning hebben kan het zijn dat je helemaal wat meer gespannen bent. Maar, het kan ook zo zijn dat je dit niet herkent en dat je bijvoorbeeld alleen een vermoeid gevoel hebt in je onderbuik of bekkenbodemgebied of bijvoorbeeld alleen pijn bij het vrijen (dokters noemen dit dyspareunie (‘disparejunie’)).
Het blijft dus lastig om dit te achterhalen. Ook als je de bekkenbodem niet goed kunt vinden, ondanks de oefeningen die je hiervoor gedaan hebt. Geen paniek, het is dan verstandig om eerst wat ontspanningsoefeningen te gaan doen. Ontspanning voor je totale lichaam. Dat gaat niet even tussendoor, nog niet. Je moet dus beginnen bij het begin en dat betekent: een rustige plek zoeken, in huis, in bad, op de bank of op bed, buiten, het maakt niet uit als je maar zo min mogelijk ongewenste prikkels krijgt die je ontspanning kunnen belemmeren.
Zo krijgen je hersenen rust en ruimte om straks ook de bekkenbodem te kunnen vinden. Er staat een plaatje bij de foto’s op de app. Dan zie je hoe klein het plekje voor de bekkenbodem is in je hersenen en hoe groot de plaatsen zijn voor de zintuigen.
Goed, een rustige plek dus. Ga vooraf nog even naar het toilet en doe je telefoon uit. Zorg dat je lekker ligt, geen knellende kleding. Als je op je rug ligt, leg dan een kussentje onder je knieën. Doe je ogen dicht en leg een hand onder op je buik. Adem nu rustig in door je neus en uit door je mond. Probeer tijdens het inademen naar je buik toe te ademen. We noemen dat je buikademhaling.